zondag 8 november 2015

Boekverslag "Kathy's dochter"


                                                                                              Carin Kramer V5B

 

 

Mijn mening

Om te beginnen, vind ik “Kathy’s dochter” een zeer bijzonder boek. Dit ligt met name aan het meeslepende maar ook ietwat ingewikkelde verhaal. Het verhaal bestaat uit vijf grote hoofdstukken. Het begint met een hoofdstuk genaamd “1 oktober 1962”, de dag dat Tim, de hoofdrolspeler, het uitmaakt met zijn vlam Kathy. Dit is een erg kort hoofdstuk waarin er veel vragen bij de lezer opkomen en de lezer ook liet interesseren in het boek. Zo wilde ik als lezer erg snel het volgende hoofdstuk lezen. Vervolgens komen er nog 3 andere hoofdstukken waarvan er één een verhaal vertelde over de verhouding tussen Tim en Kathy’s dochter, Laura. Dit is in principe waar het hele verhaal over gaat. Tim vertelt Laura in dit hoofdstuk ook over de relatie die hij had met Laura’s moeder. Zo komt de lezer steeds meer te weten hoe de relatie tussen Tim en Kathy zat, maar ook hoe het gaat in het heden. Uiteindelijk wordt de relatie tussen Tim en Laura ook verbroken en kan de hoofdrolspeler eigenlijk spreken van twee gebroken harten. Door deze wisselingen van verhalen wordt er veel verteld over verschillende tijden op een interessante manier. Doordat er in het hele boek verteld wordt vanuit één perspectief, wordt de lezer ook nieuwsgierig naar bijvoorbeeld Kathy’s perspectief nadat de relatie tussen Tim en haar verbroken werd. Dit zorgt er voor dat de lezer een eigen verhaal bedenkt in zijn/haar hoofd en zo het boek op zijn/haar eigen manier vervuld. Dit is naar mijn mening erg interessant en kan zeer gevarieerd opgevat worden. Alle variaties in dit boek maken het naar mijn mening een aanrader voor ieder ander. Het is een interessant, meeslepend boek wat zeker gelezen moet worden.

 



Samenvatting
De roman begint op 1 oktober 1962 met de eerste momenten na het uitmaken van de relatie met Kathy. Tim beseft nauwelijks wat hij gedaan heeft. 
In het tweede deel maakt de verteller een sprong naar 4 november 1999. Hij ontvangt een e-mailtje van Laura Westerdijk, waarin ze melding maakt van de dood van haar moeder, Kathy. Ze vraagt Tim of hij haar kan vertellen over het verleden van haar moeder, met name over zijn relatie toen met haar. Kathy heeft haar ooit toevertrouwd dat Tim toen 'een stukje over haar verleden' heeft geschreven. Laura zou dat graag willen lezen.


Door de e-mail kan Tim aan niets anders meer denken dan aan de korte, hartstochtelijke relatie van 37 jaar geleden. Hij had er abrupt een eind aan gemaakt, 'Zomaar, om niets, omdat het niet steeds even mooi kon zijn als op het mooiste moment, een moord en een zelfmoord tegelijk' (p. 13). Inderdaad had hij over de relatie geschreven: zijn eerste boek, Belemmerd uitzicht.
Hij mailt haar terug dat hij inderdaad toen over haar moeder geschreven heeft en zal proberen het manuscript te vinden. In zijn bergruimte vindt hij behalve het boek ook de drie foto's die hij toentertijd van Kathy had gekregen; hij bestudeert ze nauwkeurig. 
Hij mailt Laura bijna dagelijks. Hij bewerkt zijn boek over Kathy tot een e-mailfeuilleton met als titel Een liefde van je moeder in 1962 en stuurt haar steeds een deel. Hij kan nauwelijks nog aan iets anders denken dan aan vroeger, aan de 'volmaakte' seks die ze toen hadden, aan de 'misdaad' die hij beging toen hij het zomaar uitmaakte, aan de zelfoverschatting waar hij toen aan leed tegenover Kathy, die 'slechts' op de huishoudschool had gezeten. Kathy (Teuntje) was een buitenechtelijk kind. Het opgroeien als bastaardkind had Kathy haar leven lang dwarsgezeten. Toen ze veertien was, had ze al een relatie gehad, met Harm Westerdijk, een drie jaar oudere buurjongen. Nadat die relatie enkele keren was verbroken, waren ze definitief bij elkaar gekomen en getrouwd. Kathy was op haar zestiende zelfs al verloofd geweest, met Fons. Toen dat uit was, had ze een zelfmoordpoging gedaan. 
De correspondentie tussen Tim en Laura neemt steeds intiemere vormen aan. Het komt tot een ontmoeting in Leiden en niet lang daarna in Utrecht. Behalve de rouw om zijn herinneringen aan Kathy voelt Tim de spanning van de uitdagende dochter, die veel op haar moeder lijkt. Hij merkt dat hij verliefd op haar is en laat zich tijdens de eerste ontmoeting ontvallen: 'God wat ben jij een mooie vrouw' (p. 44). Tijdens een van de volgende ontmoetingen loopt hij met Laura in Amsterdam dezelfde route als toen met Kathy en bezoekt hij oude plaatsen vol herinnering. Hij moet zich bedwingen om Laura in zijn armen te nemen op de plek waar hij toen Kathy zijn afscheidskus had gegeven. 
Laura maakt het uit met Lex, met wie ze zeven jaar een relatie heeft gehad. Ze mailt Tim dat ze er helemaal van in de war is. 
Op 30 december bezoekt Laura Tim. Het komt tot een hartstochtelijke vrijpartij en Laura blijft die nacht bij hem. 
In het derde deel ('Het meisje met de prullenmand') blikt Tim terug op zijn relatie met Kathy. Hij was toen een verlegen werkstudent, die vage, romantische plannen had, het liefst maar wat lummelde in een schaakcafé en door zijn vader werd aangespoord nu eindelijk eens richting aan zijn leven te geven. In maart 1962 monsterde hij aan op een schip voor een wereldreis van drie jaar. Vier maanden later keerde hij echter al terug, omdat hij geen zin meer had. Hij had allerlei baantjes. In de fotozaak Linneman aan de Nassaukade in Amsterdam leerde hij in september Kathy kennen, op wie hij hartstochtelijk verliefd raakte. De liefde was wederzijds. Vrij impulsief maakte hij op 1 oktober een einde aan de relatie. 
In deel IV ('Meneer Beest en mevrouw Beest') beschrijft hij zijn relatie met Laura, die in totaal 201 dagen duurde. Die verhouding stond vrijwel geheel in het teken van uit elkaar gaan. Het kon nu eenmaal niet. Ze genieten van het moment, denken zo min mogelijk aan de toekomst en de onmogelijkheid van hun liefde en tot Tims verwondering houdt de relatie, ondanks enkele dips, lang stand. 
Met steeds langere tussenpozen schrijft hij voor Laura de delen van zijn e-mailverhaal over zijn relatie met Kathy, totdat hij het laatste, negende, deel voltooit: De executie . Op de 165ste dag van hun verhouding geeft hij Laura de honderd veertig A4'tjes in een mooie map. Hij is verdrietig, omdat hij vrij zeker weet dat dit het onvermijdelijke afscheid zal bespoedigen. 
Eind juni gaan Laura en een vriendin naar Kreta en reist Tim naar Japan. In Tokio mailt hij haar zo vaak mogelijk. Uit haar reacties merkt hij dat het einde van hun relatie nabij is. Als hij op Schiphol aankomt en zij hem afhaalt, zegt ze inderdaad dat ze weggaat: ze is verliefd geworden op een ander. Nog één keer vrijen ze hartstochtelijk en maakt hij seksfoto's. De volgende morgen vertrekt ze. Beiden moeten vreselijk huilen. 
In het laatste deel ('Welles') schrijft Tim deel tien van zijn boek Een liefde van je moeder in 1962 . Na zijn verklaring dat hij niet meer van haar (Kathy) houdt, volgt haar nuchtere reactie en de constatering dat ze nog vreselijk veel van elkaar houden. Beiden voelen zich opgelucht. 








 


 


 


Argumentatieopdracht


Wanneer de liefde voor een jonge vrouw, die nu overleden blijkt te zijn, extreem afzakt en 38 jaar later weer opbloeit voor een jonge vrouw die háár dochter blijkt te zijn, is het dan echte liefde?

Een vage zin, die het hele boek van Tim Krabbé verwoord. De vraag die gesteld wordt, is een vraag die de hoofdrolspeler zichzelf in het boek kan stellen.

Kathy’s dochter is een prachtig boek van Tim Krabbé. Er zijn hoogtepunten maar ook dieptepunten, wat kenmerken zijn van een goed boek. Hoogtepunten, zoals Tim zijn ontmoeting met de moeder, Kathy, maar ook zijn ontmoeting met de dochter, Laura,  waren erg interessante stukjes om te lezen in het boek. Dieptepunten waren ook onderdeel van het verhaal, zoals twee keer afscheid van Tim en zijn geliefden. Hoogtepunten en dieptepunten worden in het boek goed als contrastwerking gebruikt.

In het boek wordt gespeeld met kenmerken van vroeger, hierdoor kan de lezer weer terugdenken aan specifieke momenten. Een voorbeeld hiervan is dat Kathy en Laura voor Kathy haar dood altijd een vinger naar elkaar opstaken als groet maar ook als afscheid. Dit deed Laura later ook naar Tim. “Ze liep langs het raam, zag mij, stak haar wijsvingertje naar me op zoals ze het naar haar moeder op haar sterfbed had opgestoken, en verlichtte de druilerige straat met een grote, stoute glimlach.” (pag. 66)

De schrijfstijl in dit boek is in principe erg normaal, wat een zeer aantrekkelijke eigenschap is voor een ´normale´ lezer. Het leest erg fijn en ook leest het makkelijk door. Dat is mede een reden dat het boek erg meeslepend is. Nog een reden dat het boek erg meeslepend is, is doordat Tim Krabbé op sommige onderwerpen heel diep ingaat en op andere onderwerpen juist niet. Hierdoor kan de lezer goed zien wat wel of niet belangrijk is.

Het boek is in vijf grote hoofdstukken verdeeld, dit geeft een goed overzicht van het boek. Hoofdstuk één heeft de titel ´1 oktober 1962´. In dit hoofdstuk komen vooral vragen bij de lezer op doordat het heel onduidelijk is wat voor verhaal er zich vooraf heeft afgespeeld. Hiermee wordt de lezer erg gelokt om verder te gaan lezen. Hoofdstuk twee wordt ´Een blauwgeruite paraplu´ genoemd. Het hoofdstuk speelt zich ruim 37 jaar later af. Door deze sprong in de tijd krijgt het verhaal een compleet andere wending. Ook komt de lezer steeds meer te weten over het begin van het verhaal. Door de opkomende nieuwsgierigheid is er nog een reden voor de lezer om door te lezen. Vervolgens wordt er in het volgende hoofdstuk, genaamd ´Het meisje met de prullenmand´, gekeken naar de tijd rond 1 oktober 1962. Zo vallen voor de lezer de laatste stukjes van vroeger in elkaar. Uiteindelijk volgen hoofdstuk 4, ´Meneer beest en mevrouw beest´, en hoofdstuk 5,´Welles´. Hoofdstuk 5 is de laatste wending in het boek, wat erg interessant is voor de lezer.

Allemaal argumenten, allemaal kenmerken voor een prachtig boek, dit is te concluderen uit de genoemde argumenten. Kathy´s dochter is een aanrader voor iedereen om te lezen. Een normaal boek, met een goede inhoud dat mooi verwoord is.

Wanneer het echte liefde is maakt leeftijd geen verschil.



woensdag 20 mei 2015

Boekverslag "De Passievrucht"

 

 

                                                                                                          Carin Kramer, Klas V4

                                                                                                                            23-05-15


Mening

‘De passievrucht’, vertelt eigenlijk een deel over de ‘zoon’ van Armin. Dit weet de lezer in principe niet wanneer de lezer begint met lezen. Dit was dus ook wel een grote vraag wat voor betekenis dat zou krijgen. Het begin van het boek, waarbij werd begonnen met het stukje dat Armin te horen krijgt dat hij onvruchtbaar is, vertelt in principe al de kern van het verhaal. De gevolgen van de verrassing voor Armin volgen daarna, maar ook wordt er vaak teruggekeken in de tijd. Doordat de hoofdpersoon ook langs vele andere personages gaat, om achter de waarheid te komen, leert de lezer ook die vele personages kennen. Ook kan de lezer dan zelf als het ware mee denken om achter het goede persoon te komen. Ikzelf had nooit gedacht dat de vader van Armin de ‘dader’ zou zijn, en dat gaf wel een plotselinge, maar ook verrassende wending aan het verhaal. Persoonlijk vind ik het ook het fijnst lezen wanneer een boek in de ik-vorm is geschreven. Dit geeft een inlevend effect op het verhaal. Zelf vond ik het namelijk erg schrikwekkend dat de vader de dader was, en Armin zijn ‘zoon’ dus eigenlijk zijn halfbroer is. Al met al een geslaagde aanrader van mijn lerares.

Samenvatting

Op een eerst heel doodnormaal lijkende dag wordt Armin Minderhout’s leven compleet overhoop gegooid. Na een vruchtbaarheidsonderzoek in het ziekenhuis krijgt hij namelijk te horen dat hij al zijn hele leven lang onvruchtbaar is. Hij lijdt aan het syndroom van Klinefelter, een aangeboren afwijking van de geslachtschromosomen waardoor zijn sperma geen zaadcellen bevat. Na 13 jaar blijkt dat Armin niet de vader kan zijn van zijn ‘zoon’ Bo. Alles waar hij in geloofde, blijkt één grote leugen. 
Armin begint een zoektocht naar de biologische vader van Bo. Maar dit wordt bemoeilijkt door het feit dat Bo’s moeder, Monika, al tien jaar dood is (overleden aan een hersenvliesontsteking). Armin kan het dus niet zomaar achterhalen en weet zich geen raad. Evenals zijn huidige vriendin, Ellen, die destijds Monika’s beste vriendin was. Armin besluit het voor Bo te verzwijgen, en hem in de ‘waan’ te laten dat Armin zijn vader is.
Armin gaat op onderzoek uit en graaft in het verleden van zijn overleden vriendin. Hij zoekt de ‘dader’, de werkelijke vader van Bo, omdat hij kan niet verder kan leven zonder antwoord op zijn vragen. Hij moet zijn hele leven heroverwegen; al zijn overtuigingen blijken zich op drijfzand te bevinden. 
Armin maakt een lijstje van mogelijke ‘daders’ die wel eens de vader van Bo zouden kunnen zijn. De eerste op dit lijstje is de ex van Monika, Robbert Hubeek. De twee mannen hebben elkaar nooit echt gemogen en dat blijkt ook wel, want het gesprek is niet erg gezellig. Robbert vertelt Armin uitgebreid over de seksuele dingen die hij met Monika heeft uitgespookt, maar Armin gelooft niet dat hij Bo’s vader kan zijn. (Robert weet niet eens van Monika’s dood af)
Als Armin terugkomt van Robbert, denkt hij terug aan de nacht waarvan hij altijd gedacht had dat Bo erin verwekt was. Monika en hij waren met de auto naar het Amsterdamse Bos geweest, en vreeën later in die auto. Ze werden betrapt door twee politieagenten, wat het allemaal een spannende en ongewone sfeer gaf. 
De volgende mogelijke ‘dader’ is de huisarts van Monika. Hij staat lichamelijk natuurlijk dicht bij zijn patiënten, en er gaan wel vaker verhalen de rondte over relaties tussen dokter en patiënt. Maar de huisarts beweert uitdrukkelijk dat er nooit iets tussen Monika en hem is gebeurd. 
De volgende en laatste op het lijstje van mogelijke verdachten is Nico Neerinckx, een ex-collega van Monika. Hij past op alle punten in het ‘profiel’ dat Armin voor ogen heeft. Zo heeft hij zijn oudste zoon bijvoorbeeld ook Bo genoemd. Armin overlegt met zijn beste vriend Dees wat hem te doen staat. Ook Ellen vertelt hij over zijn verdenking, maar verder zwijgt hij erover tegen iedereen.
Uiteindelijk weet hij met een rotsmoes kennis te maken met de vrouw van Nico en hij hoort haar helemaal uit. Vrijwel alles wat hij te weten komt blijkt te kloppen binnen zijn ‘profiel’. Wat hij ermee aanmoet weet hij niet - hij denkt aan een moord op Nico of een verkrachting van Nico’s vrouw, maar zo gek is hij nog net niet. 
De relatie tussen Armin en Ellen verslechtert een beetje. Armin besluit er samen met Bo een weekend tussenuit te gaan, naar Ameland. Dit schiereiland roept veel herinneringen op bij Armin. Hij ging er vroeger vaak met Monika heen, en is net als Bo dol op haar natuur. Om hier even tot rust te komen leek hen dus een prima idee.
Armin en Bo wandelen op een gegeven moment samen over het strand. Ze ontmoeten een groepje jongeren van Bo’s leeftijd. Er is een meisje met een zwarte pet bij, die Bo wel leuk lijkt te vinden. ’s Avonds gaan ze samen op stap en als Armin dronken thuis komt, vindt hij het meisje bij Bo in bed. In zijn dronken bui schreeuwt hij dat Bo niet zijn zoon is en kotst hij ’s morgens het kussen onder waar het meisje op geslapen heeft. 
Zodra ze weer thuis zijn komt de vader van Armin te overlijden. Als Armin en Dees in het huis van zijn vader aan het opruimen zijn, vindt Armin een briefje van Monika aan zijn vader met daarop de tekst “Ik ben zwanger. M.” Armin weet direct wat dit betekent: zijn vader is de ‘dader’ waar hij zo lang naar op zoek was. Híj heeft Monika zwanger gemaakt en is dus de vader van Bo. 
Thuisgekomen geeft Ellen hem een brief van Monika aan Bo. Hierin legt Monika haar zoon uit wie zijn vader is. Armin e Bo blijken dus half-broers te zijn. 
Armin wil meteen een stuk gaan lopen, Ellen gaat met hem mee en vertelt alles wat ze weet. Zij heeft het al die tijd al geweten, maar heeft hem tegelijkertijd die pijn willen besparen. 
Na een tijd komt Bo met het idee om de as van de vader van Armin uit te strooien over het graf van Monika om de moeilijke tijd af te sluiten en weer verder te gaan met hun leven.

 

 

 

Verwerkingsopdracht column:


Een onbekende spermacel.. 
Een dag. Ik ga met mijn nieuwe vriendin (Monika, mijn vrouw en de moeder van mijn ‘zoon’ is overleden) naar het ziekenhuis, om te horen wat nu echt de oorzaak is waarom we geen kinderen kunnen krijgen.
On. Vrucht. Baar. Onvruchtbaar, wat een vreemd woord. Het betekent dat mijn spermacellen niet de capaciteit hebben een eicel te bevruchten.. Tss, denk ik dan, waarom ik? Dan dringt het langzaam tot me door. Van wie is mijn zoon dan? Het kan niet zijn dat mijn zoon, mijn zoon is. Mijn zoon bestaat dus uit een spermacel die níét van mij is! Dit vraagt om onderzoek.
Nagaan met wie en waar mijn toenmalige vrouw heeft uitgehangen die tijd en ook wanneer. Dertien jaar terug gaan in de tijd, dat belooft nog wat.
Te beginnen bij een ex van mijn vrouw, Robbert Hubeek. Dat zal hem wel niet zijn, toch?! Nee, uitgesloten! Of misschien de dokter van mijn vrouw, lichamelijk contact kan heel wat met een mens doen. Hmm, uit zijn verhaal blijkt eigenlijk toch niet dat hij het is. Optie drie, een oud-collega van mijn ex-vrouw. Na een bezoekje te brengen aan zijn eigen vrouw ben ik erachter gekomen dat zijn zoon hetzelfde als mijn ‘zoon’ heet! Verdacht! Zou ik nu eindelijk beet hebben?
Plotseling krijg ik een telefoontje waarin mij verteld wordt dat mijn vader is overleden. Bekende details zijn dat hij zittend is gestorven, interessant he! Mijn vriend Dees helpt me het huis op te ruimen. Ik ben een doos vol met brieven in enveloppen aan het doorspitten. Op een van de enveloppen staat mijn vader zijn naam in een handschrift dat mij wel héél bekend voorkomt. Ik open de envelop waarin een klein papiertje is opgevouwen. Dat papiertje open ik en ik lees; ‘IK BEN ZWANGER. M.’. Na het lezen van dit briefje is alles duidelijk. Het hele onderzoek over de onbekende spermacel kan gestaakt worden. Mijn gedachtes over onschuldige personen ook.  Nu klinkt het niet echt of ik boos ben, maar dat ben ik wel! Even voor de duidelijkheid.. mijn vader en mijn vrouw hebben dus geslachtsgemeenschap met elkaar gehad. Waardoor ík, de onvruchtbare slapjanus, een ‘zoon’ kreeg, wat eigenlijk mijn halfbroer is. Geweldig!

zaterdag 7 maart 2015

Boekverslag "De reünie"




 












                                                                                                          Carin Kramer, V4A
                                                                                                          7-03-15




Mijn mening
Dit boek is een literaire thriller, waar mijn voorkeur erg naar uit gaat. Literaire thrillers zijn naar mijn mening erg meeslepend aangezien de lezer wil weten wie de dader is. Aangezien dit verhaal gaat over een vermist meisje, maar het verteld wordt door haar beste vriendin van vroeger, krijgt de lezer niet veel informatie over de vermissing zelf, maar meer over de dader. Doordat de hoofdpersoon erg betrokken is en zich dat ook voelde bij de vermissing beleefde de lezer het bijna tot in de detail. Ook het nog niet weten wie de precieze dader is, maakt het verhaal erg meeslepend. Aan het eind van het verhaal komt de lezer er pas achter en komt er dan achter dat de hoofdpersoon eigenlijk na alles de dader is. Dit had ik persoonlijk zelf niet verwacht, dus gaf het een hele andere wending aan het boek. Als dit wordt vergeleken met ‘de Eetclub’, mijn vorige boek, lijken deze twee boeken wel wat op elkaar. Bij beide weet je in het begin niet wie de dader is, en wordt het uitgezocht door de hoofdpersoon die er net wat meer vanaf staat. Als aan mij gevraagd wordt of het een aanrader is, zeker!



Samenvatting van de inhoud 
In de proloog maken we kennis met een meisje dat op vrijdagmiddag 8 mei 1995 uit school op weg gaat naar een afspraak in de Donkere Duinen. Een bestelbusje rijdt achter haar aan. 

In het eerste hoofdstuk is de ik-figuur van de roman, Sabine Kroese op het strand. Het is 6 mei 2004. Ze ontmoet er even het meisje dat ze vroeger was ten tijde van de verdwijning van een klasgenootje. Daarna rijdt ze terug naar haar werk op De Bank in Amsterdam. Ze heeft een jaar met een burn out gekampt en keert nu op arbeid therapeutische basis terug naar haar werk ,waar de onsympathieke Renee haar plaats heeft ingenomen door er zich bij Sabines baas in te likken. Het botert vanaf het begin niet tussen die twee. Ze mist nu wel haar vriendin Jeanine die bij het bedrijf weg is. Die zoekt ze die dag meteen op en Jeanine zegt dat ze om de nieuwe secretaresse Renee is opgestapt. In een van de eerste hoofdstukken wordt ook gesproken over de op handen zijnde reünie van de Helderse scholengemeenschap; erg veel zin om daar naar toe te gaan heeft Sabine niet. 

Sabine merkt dat de vrouwen van het secretariaat van de Bank achter haar rug praten omdat ze weinig uitvoert tijdens haar aanwezigheid. Wel krijgt ze de aandacht van een lekker stuk van systeembeheer. Dat blijkt Olaf te zijn, een schoolvriend van haar broer Robin, die in Engeland woont ; haar ouders wonen permanent in Zuid-Spanje. Herhaaldelijk komen er herinneringen aan haar schooltijd in Den Helder naar boven. Ze had er een vriendinnetje van de basisschool, dat aan epilepsie leed. Ze hielp dit meisje Isabel meestal bij het herstellen na een epileptische aanval, maar als ze naar de brugklas gaan, laat Isabel haar steeds meer in de steek. Ze stookt zelfs haar vriendinnetjes tegen Sabine op en ook de jongens weet ze om haar vinger te winden. Isabel is echter eensklaps verdwenen , op 8 mei 1995 is ze vanuit school vertrokken en niemand heeft haar ooit meer gezien. (het verhaal van de proloog) Het is niet eens zeker of ze wel vermoord is. Wel is recent nog een uitzending van “Vermist” aan haar gewijd, maar ook hierop zijn weinig reacties gekomen. Ook Peter R. de Vries heeft zich met de zaak bemoeid.


Intussen maakt Olaf werk van haar: ze besluiten 's avonds te gaan eten en Sabine dost zich prachtig uit. Het blijkt echter dat ze naar een poffertjestent gaan. Eigenlijk vindt ze het nog wel leuk ook. Olaf vraagt haar ook naar de vriendschap met de verdwenen Isabel en ontkent op Sabine haar wedervraag dat hij zelf nog een tijdje verkering met Isabel had. Ze vraagt zich af waarom hij dat ontkent. Hij vertelt juist dat haar broer Robin verliefd op Isabel was. Sabine schrikt hier heftig van. Zelf heeft ze in die tijd verkering met een lekkere knul van school, ook al een vriend van Robin. Het is Bart met wie ze haar eerste en tot nu toe enige seksuele relatie heeft gehad. Maar de dag nadat Isabel verdween, heeft hij het uitgemaakt. In feite hebben we hier dus al drie mogelijke kandidaten voor de misdaad met betrekking tot Isabel. In een flashback wordt de verkering met Bart beschreven. 

In 2004 gaat Sabine na negen jaar weer met een man naar bed: Olaf. De volgende dag heeft ze op het strand van Zandvoort een gesprek met Jeanine, waarin ze praten over de verdringing van gegevens uit je geheugen. Bij een heftige emotionele belevenis kan het zijn dat iemand zijn geheugen wist om zich zelf emotioneel te beschermen. (amnesie) Maar haar psychologie onder wier behandeling ze het afgelopen jaar geweest is, heeft haar gezegd: je kunt zo hard rennen als je wilt, maar eens haalt het verleden je in.

In het volgende hoofdstuk komt er ook weer een stukje herinnering boven. Sabine herinnert zich als in een droom dat ze achter Isabel aan heeft gefietst op weg naar de afspraak in de Donkere Duinen van Den Helder. Ze besluit daarop naar Den Helder te gaan en ontmoet daar in gedachten weer het meisje dat ze zelf vroeger was. Dat meisje wil helemaal niet praten over Isabel. 

De situatie op het kantoor wordt steeds vervelender, temeer daar Sabine nogal wat fouten maakt die de vrouwen van haar afdeling haar aanrekenen. Bovendien is er een soort jaloezie daar ze de vlotte Olaf heeft weten te versieren, naar wie nog meer vrouwenogen smachtend hebben gekeken. Op 24 mei wordt ze 24 jaar en dat doet haar terugdenken aan de dag dat ze haar verjaardag mocht vieren van haar ouders; er was niemand komen opdagen en ze had nogal wat lekkers gebakken: appeltaarten. 

Op de website van “Vermist” ziet ze iets over de zaak van Isabel. Tegelijkertijd leest ze dat een zekere Sjaak van Vliet twee jaar later een ander meisje van haar school heeft verkracht en vermoord, maar Van Vliet zelf is twee jaar geleden in de gevangenis overleden. Haar broer belt op om haar te feliciteren : ze praten wat over Olaf en Isabel. En ook over de conciërge van de school, mijnheer Groesbeek. Dat was een man die met leuke meisjes niet zo te vertrouwen was. Hij bracht ze bij een kleine blessure graag naar huis in zijn bestelbusje (!) Het was Sabine ook een keer overkomen en bij ene verkeerslicht had hij zijn hand op haar knie gelegd. 

Sabine besluit hem de volgende dag op te zoeken in Den Helder. Het is een wat zonderlinge man geworden, die zijn zes poezen de namen van meisjes heeft gegeven. Later zoekt Sabine via de knipselkrant in de bibliotheek uit dat de namen van de poezen overeen komen met de namen van zes verdwenen meisjes uit de jaren tachtig en negentig.. Ze besluit de politie hierover in te lichten, die echter niet veel met die gegevens kan uitrichten. Intussen is zo verdachte nummer vier in de roman tevoorschijn gekomen. (Olaf, Robin, Bart en Groesbeek)


Thuisgekomen merkt ze dat Olaf op haar wacht. Ze heeft echter geen zin in hem en in seks. Bovendien maakt Olaf de opmerking dat hij graag zou willen biechten, omdat hij iets vervelends op zijn kerfstok heeft. Sabine vertrekt voor de zoveelste keer naar Den Helder: ze ontmoet er het meisje van haar jeugd en samen gaan ze naar een donkere plek in de duinen. Ze ervaart het verleden weer, ziet hoe Isabel zich losrukt van een manspersoon en ziet even later een beeld van Isabel terwijl ze vermoord is. Daarna vlucht Sabine weer naar Amsterdam. Thuis merkt ze dat er iemand binnen is geweest: er staat een bos bloemen van Olaf. Hoe kan hij binnengekomen zijn? Wanneer ze wordt opgebeld door haar collega Zinzy, die het al eerder op het werk voor haar heeft opgenomen , hoort ze dat er brand is geweest in het appartement van Renee en dat die in paniek naar beneden is gesprongen : ze is opgenomen in het ziekenhuis. Dat verhaal hoort ze later opnieuw uit de mond van Olaf die haar uit eten heeft gevraagd. Sabine vraagt aan Olaf hoe hij binnen in haar appartement is gekomen: hij vertelt dat hij de sleutel van de bovenbuurvrouw heeft gekregen. Wanneer Sabine dit later op de avond verifieert, blijkt dat hij opnieuw gelogen heeft. 

De volgende dag is het heerlijk op kantoor nu Renee in het ziekenhuis ligt. De andere meisjes nemen weer veel werkzaamheden en andere dingen van Sabine aan. Ze heeft het weer even naar haar zin. Later belt haar broer Robin om te vertellen dat hij in Amsterdam is. Hij komt bij haar : ze hebben het uiteraard over vroeger. Robin ontkent heftig dat hij verliefd is geweest op Isabel, maar doet dat op een manier die verdenking wekt. Sabine hoort op kantoor dat Olaf ook een afspraakje heeft gemaakt met Renee. Dat verklaart meteen dat hij weet hoe haar flatje is ingericht: dat heeft hij namelijk uit zijn mond laten vallen. Op het werk krijgen ze ruzie en in een opwelling slaat hij haar. Het is meteen over met haar liefde voor hem. Ze wil niets meer met hem te maken hebben, maar hij stalkt haar. 

De volgende morgen vertrekt ze weer vroeg naar Den Helder en bezoekt de moeder van Isabel. Samen halen ze herinneringen op. Ze mag de agenda van Isabel zien. Daarin staat op de bewuste dag in mei 1995 : DD IO. Volgens Sabine betekent dit Donkere Duinen Isabel Olaf. Ze weet dus nu dat de afspraak van Isabel met Olaf is geweest. De laatste zoekt intussen via de voicemail op haar mobiel wanhopig contact met haar. Nu ze toch in Den Helder is, besluit ze de moeder van Olaf te bezoeken. Ze vertelt dat ze de vriendin van hem is, en zijn moeder vertelt niets vermoedend iets over de vorige vriendin van Olaf. Ook die gaat ze later opzoeken en ze hoort dat deze vrouw het heeft uitgemaakt, omdat Olaf gewelddadig wordt, wanneer hij zijn zin niet krijgt. Ze waarschuwt Sabine voor zijn gedrag. Wanneer ze buitenkomt, ziet ze een man wandelen. Het blijkt bij nader inzien Bart de Ruijter te zijn, met wie ze ooit verkering heeft gehad: een beetje toevallig is dat overigens wel. Hij vertelt haar dat hij in scheiding ligt en vraagt haar om naar de reünie te komen. 

Op zaterdag 19 juni 2004 is de reünie. Sabine besluit er heen te gaan, maar ze heeft slechts een paar plichtmatige reüniegesprekjes met meisjes uit haar klas. Maar dan ontmoet ze Bart weer en ze besluiten weg te gaan naar het strand. Op het strand hebben ze een heerlijk vrijscene en ze besluit met Bart mee naar zijn huis te gaan. Daar halen ze het verleden op en zegt Bart op Sabine haar vraag dat zij het juist geweest is die de verkering heeft verbroken : een dag na de verdwijning van Isabel wilde ze niets meer met hem te maken hebben. Dat schept wat afstand tussen hen beiden. De volgende morgen vraagt de ex van Bart of hij op hun dochtertje wil passen, want ze heeft griep. Hij stemt erin toe en Sabine voelt zich min of meer afgewezen door Bart. 

Ze vertrekt naar Amsterdam , maar merkt dat Olaf haar achterna zit. In haar appartement komt het tot een explosie : hij slaat alles kort en klein en ze moet het huis uitvluchten: ze besluit ten einde raad naar Jeanine te gaan waar ze de nacht doorbrengt. Sabine wordt de dag erop gebeld door het ziekenhuis. Bart is opgenomen : hij is aangereden door een automobilist die doorgereden is. Hij heeft naar haar gevraagd. Ze gaat erheen, maar ze ontmoet de ex-vrouw en vindt dat ze daarom niet bij Bart hoort. Omdat Olaf haar weer opgespoord heeft, besluit ze nogmaals bij de politie langs te gaan en te vertellen wat ze inmiddels van de moord op Isabel weet. Ze wijst Olaf als verdachte aan en ze vindt dat de politie hem moet oppakken. Ze vertelt dat haar herinneringen langzaam terugkomen en over de afspraak van Isabel met Olaf. Ze raadt de politie aan op een bepaalde plek te graven en het lijk van Isabel wordt inderdaad later die dag gevonden: ze is gewurgd. De politie zal Olaf arresteren. Toch wordt hij dezelfde middag al vrij gelaten. Hij komt verhaal halen bij haar: hoe haalt ze het in haar hoofd om haar te beschuldigen? Hij ontkent de moord, geeft wel toe dat hij brand gesticht bij Renee, omdat hij Sabine wilde helpen en Renee een kreng vond. Hij wordt woedend, overweldigt haar, legt zijn vingers om haar keel, maar komt toch weer tot bezinning. Met Sabine is er echter op dat moment iets gebeurd. Door de emotie van Olafs wurgpoging herinnert ze zich de gang van zaken weer. Ze weet ineens wie Isabel vermoord heeft. Haar broer Robin komt even later bij haar op bezoek en ze vertelt hem dat ze weet wie Isabel vermoord heeft en dat ze de dader gaat aangeven. Robin is helemaal van slag: er wordt nu gesuggereerd dat hij de dader is en dat Sabine hem heeft willen beschermen door het geheugenverlies. 

Sabine gaat voor de derde keer naar de Helderse politie. Ze wijst in een boek met foto's een verdachte aan: het is Sjaak van Vliet die twee jaar later ook al een klasgenootje heeft vermoord. Helaas is hij twee jaar geleden in de gevangenis overleden.. De zaak is rond, al lijkt de inspecteur nog wat te twijfelen. 

In de nazomer van 2004 is Renee op de zaak teruggekeerd. Sabine laat haar meteen even gevoelig weten dat de rollen weer zijn omgedraaid. Ze vertelt haar nog niet dat ze inmiddels ontslag heeft genomen : ze gaat voorlopig naar Zuid-Spanje. 

In de epiloog reist ze voor de laatste keer naar Den Helder. Het jonge meisje is weer bij haar: ze gaan naar de plek waar Isabel gevonden is. Ineens herinnert Sabine I zich alles weer: Sabine II is Isabel op de fiets gevolgd naar de Donkere Duinen waar Olaf en Isabel ruzie gekregen hebben , omdat ze de verkering met hem wilde uitmaken. Ze heeft daarna een epileptische aanval gekregen en Sabine was bij haar gaan zitten. Isabel had haar toen ze bijkwam, gepest met de opmerking dat ze nu haar broertje Robin om haar vinger zou winden. Die was immers op haar verliefd. Dat zette zoveel kwaad bloed bij Sabine dat ze Isabel gewurgd had. Eigenlijk had haar alter ego Sabine II dat gedaan. Die verborg het lijk onder een struik en Sabine I ging naar huis. Ze wiste het gehele voorval uit haar geheugen. Zo beschermde ze zichzelf. Als ze zich omdraait , is het meisje niet meer aanwezig. Sabine I heeft haar niet meer nodig. Ze zal nu zelf moeten proberen het weg te stoppen. Zal dat haar lukken?















Verwerkingsopdracht

Voor de verwerkingsopdracht zijn er twee stripverhalen. Eén gaat over het proloog, de andere gaat over het epiloog.






(proloog)


(epiloog)